Loading...
 

1 Korintiërs 10, 14-22

2 Wierook

(Morguefile free stock photo license)


…page…

1 Korintiërs 10, 14-22: Vereer geen afgoden

De tekst

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1816-1817)

Dus, beste vrienden, vereer beslist geen afgoden! Jullie zijn toch verstandige mensen? Dan zullen jullie mij zeker gelijk geven en doen wat ik zeg.
Als wij als christenen bij elkaar komen, danken we God voor de beker met wijn. En we delen samen het brood. Zo vormen we een eenheid met elkaar. Het is een eenheid van mensen die bij Christus horen, en gered worden dankzij zijn dood. Samen vormen we één geheel, omdat we samen van dat brood eten.
Denk eens aan wat de Joden doen. Als zij een dier offeren aan de Heer, eten ze met elkaar van het vlees. Dan vormen ze een eenheid van mensen die God vereren.

Jullie vragen misschien: ‘Wat heeft dat te maken met het vereren van andere goden?’ Luister! Natuurlijk maakt het niet uit als vlees aan afgoden geofferd is. Want die goden stellen helemaal niets voor. Maar als mensen vlees offeren aan afgoden, dan vereren ze daarmee die afgoden en niet God. En ik wil niet dat jullie een eenheid vormen met mensen die afgoden vereren.
Door samen te eten en te drinken, eren jullie de Heer. Maar dan kun je niet meer meedoen met een maaltijd die bedoeld is om een afgod te vereren. Als jullie dat doen, maken jullie God jaloers en kwaad. En vergeet niet dat God sterker is dan wij!



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

Geliefden, vereer geen afgoden.
Ik spreek toch tot verstandige mensen.
Vorm jullie eigen oordeel over wat ik ga zeggen.
Maakt de beker waarbij wij zegenen die ons zegent,
ons niet één met het bloed van Christus?
Maakt het brood dat wij breken,
ons niet één met het lichaam van Christus?
Omdat het brood één is,
vormen we allen samen één lichaam,
want allen eten we van het ene brood.
Kijk ook naar het Joodse volk:
worden zij die de offers nuttigen
niet één met het altaar?
Ik beweer niet dat offervlees iets bijzonders is
of dat er afgoden bestaan.
Maar wel dat de heidenen offeren
aan boze geesten en niet aan God,
en ik wil niet dat jullie één worden met boze geesten.
Jullie kunnen niet de beker van de Heer drinken
én de beker van de demonen.
Jullie kunnen geen deel hebben aan de tafel van de Heer
én aan de tafel der demonen.
Of willen we de Heer uitdagen?
Zijn we sterker dan Hij?



Stilstaan bij …

Beker van de zegening / beker van de dankzegging
Dit was de naam van de derde beker bij het paasmaal.
Het zou bij deze beker kunnen geweest zijn dat Jezus de woorden uitsprak die nu nog bij elke eucharistieviering herhaald worden.





Overweging

Vincenzo Paglia

De eerste afgod

“Er zijn zoveel afgoden aan wie we offers geven en voor wie we ons leven opofferen op hun altaren. En ons ego is misschien de eerste afgod. Op zijn altaar geven we alles waar we van houden.”