Loading...
 

2 Tessalonicenzen 3, 6-10.16-18

2 Weven

(Morguefile free stock photo license)


…page…

2 Tessalonicenzen 3, 6-10.16-18: Wie niet wil werken, zal niet eten

De tekst

Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

In naam van de Heer Jezus Christus,
vraag ik aan jullie, broeders,
om geen contact te houden met broeders die arbeid schuwen
en niet leven volgens de overlevering die jullie van mij hebben ontvangen.
Hoe jullie me moeten navolgen, weten jullie.
Ik heb bij jullie geen werk geschuwd
en bij niemand brood gegeten zonder te betalen.
Dag en nacht heb ik gewerkt, met veel inspanning en moeite,
om niemand van jullie op kosten te jagen.
Niet dat ik er geen recht toe zou hebben,
maar ik wilde jullie een voorbeeld geven om na te volgen.
Ook toen ik bij jullie was, zei ik telkens opnieuw:
als iemand niet wil werken, dan krijgt hij ook niet eten.

Moge de Heer van de vrede,
jullie altijd en op allerlei manieren vrede geven.
Moge de Heer met jullie allen zijn.
Deze groet schrijf ik, Paulus, in mijn eigen handschrift.
Zo weten jullie dat deze brief echt van mij is, dat ik die zelf geschreven heb.
De genade van onze Heer Jezus Christus zij met jullie allen.



Stilstaan bij …

Werken
Er waren christenen in Tessalonica die niet meer wilden werken. Dit had toch geen zin meer, vonden ze, omdat Jezus binnenkort zou terugkeren. Zo ontstond er een onrechtvaardige situatie. Want wie wel werkte moest ook instaan voor het levensonderhoud van wie niet meer wilde werken.

Dag en nacht
In de oorspronkelijke tekst staat: nacht en dag. Want voor de joden begint de nieuwe dag 's avonds.
(Merk op: voor de joden begint de sabbat op vrijdagavond)





Bij de tekst

Verzekering

De manier waarop Paulus zijn brief beëindigt geeft een inkijk hoe men in de oudheid kon weten dat een brief authentiek was of niet: de schrijver groette de bestemmeling in zijn eigen handschrift.