Loading...
 

Lucas 11, 47-54

2 Zacharia Jeruzalem


…page…

Lucas 11, 47-54: Onverantwoord!

Lucas 11, 47-54 // Matteüs 23, 29-36



De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1637)

Jezus zei tegen de wetsleraren: ‘Jullie maken prachtige monumenten voor de profeten van vroeger. Maar jullie eigen voorouders hebben hen gedood! Zij hebben de profeten gedood, en nu maken jullie monumenten voor de dode profeten. Daarmee laten jullie zien dat je het eens bent met je voorouders. En daarom zullen jullie gestraft worden.
Nu volgt het wijze plan van God. God zegt: ‘Ik zal profeten en apostelen sturen naar de mensen die nu leven. Zij zullen sommige profeten vermoorden, en andere mishandelen. En dan zal ik de mensen die nu leven, straffen voor hun slechtheid. Ik ga hen straffen voor alle profeten die vermoord zijn, vanaf het begin van de wereld tot nu. Van de moord op Abel tot de moord op Zecharja, die werd vermoord bij het altaar in de tempel. Ja, luister naar mijn woorden: De mensen die nu leven, zullen voor al die moorden gestraft worden.’’

Jezus zei ook tegen de wetsleraren: ‘Jullie weten hoe je goed moet leven, maar jullie doen het niet. En jullie houden de mensen tegen die wel proberen om goed te leven. Daarom zullen jullie gestraft worden.’ Toen ging Jezus weg.
De wetsleraren en de farizeeën waren woedend op Jezus. Vanaf toen gingen ze hem allerlei vragen stellen. Ze hoopten dat hij iets strafbaars zou zeggen. Want dan konden ze hem gevangen laten nemen.



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

Jezus zei tegen de wetgeleerden:
Foei! Jullie bouwen graven voor de profeten,
die jullie voorouders hebben gedood.
Hiermee tonen jullie
dat jullie instemmen met de daden van je voorouders,
want zij doodden hen en jullie bouwen hun graven.

Daarom zei God in zijn wijsheid:
“Ik zal profeten en apostelen naar hen sturen,
maar sommigen van hen zullen ze doden en vervolgen.”
Zo wordt dit geslacht verantwoordelijk gesteld
voor het bloed van alle profeten,
dat vergoten is vanaf het maken van de wereld,
vanaf het bloed van Abel tot het bloed van Zacharia,
die gedood werd tussen het altaar en het heiligdom.
Ja, Ik zeg jullie, deze generatie is daar verantwoordelijk voor!
Jullie namen de sleutel van de kennis weg.
Zelf zijn jullie niet binnengegaan,
en anderen die het wilden, hebben jullie belet.'

Toen Jezus naar buiten ging,
waren de Schriftgeleerden en de farizeeën erg op Hem gebeten:
ze stelden Hem allerlei netelige vragen met de heimelijke bedoeling
Hem op grond van de een of andere uitspraak te kunnen vangen.



Stilstaan bij …

Moord op de profeten
Rond het begin van de jaartelling werd van de profeten uit het Oude Testament vaak gezegd dat ze vervolgd werden en de marteldood stierven. (Te vergelijken met de apostelen die Jezus uitstuurde, waarvan – behalve Johannes, de evangelist – gezegd en geschreven werd dat ze vervolgd werden en de marteldood stierven.)

Vanaf Abel tot Zacharia
In de Hebreeuwse Bijbel is Genesis het eerste boek en 1&2 Kronieken het laatste boek. In Genesis 4, 1-24 wordt de dood van Kaïn op Abel vermeld. In 2 Kronieken 24, 20-22 wordt Zacharias / Zekarja vermeld (niet te verwarren met de profeet Zacharia, naar wie een boek wordt vernoemd in de Bijbel).
Zo maakte Jezus duidelijk, dat de hele geschiedenis door profeten werden gedood.





Bij de tekst

Doden van profeten

Door de geschiedenis van Israël heen loopt de rode draad van het doden van profeten.
Uiteindelijk was dat ook het geval met Jezus.