Loading...
 

Lucas 9, 18-22

2 Sst

(Morguefile free stock photo license)


…page…

Lucas 9, 18-22: Wie zeggen jullie dat Ik ben?

Lucas 9, 18-22 // Matteüs 16, 13-21 // Marcus 8, 27-32a



De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1636)

Op een keer was Jezus aan het bidden. Alleen zijn leerlingen waren bij hem. Jezus vroeg aan hen: ‘Wie ben ik volgens de mensen?’ De leerlingen antwoordden: ‘Sommige mensen zeggen dat u Johannes de Doper bent. Anderen zeggen dat u Elia bent. Weer anderen zeggen dat u één van de profeten van vroeger bent.’
Toen vroeg Jezus: ‘En wie ben ik volgens jullie?’ Petrus antwoordde: ‘U bent de messias die door God gestuurd is.’ Jezus zei: ‘Vertel dat beslist niet aan iemand anders!’

Jezus vertelde wat er met hem zou gebeuren. Hij zei: ‘De Mensenzoon zal veel moeten lijden. De leiders van het volk, de priesters en de wetsleraren zullen hem behandelen als een vijand. Hij zal gedood worden. Maar drie dagen later zal hij opstaan uit de dood.’


Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

Op een dag was Jezus alleen aan het bidden.
Zijn leerlingen kwamen bij Hem.
Hij vroeg hun: ‘Wie zeggen de mensen dat Ik ben?’
Zij antwoordden: ‘Johannes de Doper.
Anderen zeggen Elia en nog anderen zeggen
dat een van de oude profeten is opgestaan’.
Daarop vroeg Hij: ‘En jullie, wie zeggen jullie dat Ik ben?’
Petrus antwoordde: ‘De Messias van God’.
Maar Jezus zei: ‘Je mag hierover met iemand praten.
De Mensenzoon moet veel lijden,
De oudsten, hogepriesters en Schriftgeleerden
zullen Hem verwerpen en doden.
Maar op de derde dag zal Hij verrijzen’.



Stilstaan bij ...

Bidden
Bidden is te vergelijken met spreken: men zegt tot God wat men hoopt, gelooft, verwacht...
Maar bidden is ook te vergelijken met luisteren: men probeert stil te worden om God beter te leren kennen. Zo voelt men beter aan wat God verwacht.

Johannes(Hebreeuws = ‘God is genadig’) de doper
Zoon van de priester Zacharias en zijn vrouw Elisabet. Hij was een prediker die leerlingen om zich heen verzamelde en mensen doopte die zijn volgeling werden. Omdat hij kritiek had op de levenswijze van koning Herodes, werd hij gevangen genomen en gedood.

Elia
(Hebreeuws = Mijn God is Jahwe)
Eén van de belangrijkste profeten in het Oude Testament. Hij leefde in de 8ste eeuw voor Christus, een tijd waarin Israël afgoden vereerde. Hij trad op als de profeet die de verering van JHWH terug centraal stelde, geheel in de lijn van de betekenis van zijn naam.

Petrus
(Grieks = petra = rots)
Petrus was een visser uit Betsaïda. Hij was de belangrijkste in de groep van de apostelen. Rond het jaar 67 stierf hij de marteldood onder keizer Nero en werd begraven buiten de stadsmuren van Rome. De Sint-Pietersbasiliek staat bovenop zijn graf.

Gezalfde / Messias van God
(Hebreeuws = Messias; Grieks / Latijn = Christus)
Tijdens de Babylonische ballingschap keek het joodse volk uit naar een Messias, iemand die vrede zal brengen.
Men kon bij het vertalen net zo goed het Griekse woord ‘Christus’ gebruiken, maar omdat heel wat mensen het woord ‘Christus’ ervaren als familienaam, plaatst deze omschrijving Jezus duidelijker binnen de joodse verwachting van een Messias.

Verbieden
Jezus verbood zijn leerlingen om over Hem te spreken als een Messias, om te vermijden dat mensen van Hem zouden verwachten dat Hij een politieke Messias zou zijn, die hen zou verlossen van de Romeinen.

Mensenzoon
De profeten gebruikten het woord ‘mensenzoon’ om een mens aan te duiden in zijn sterfelijkheid en nietigheid. De profeet Daniël spreekt over de Mensenzoon als iemand die betrokken is bij het einde der tijden.

Oudsten
Dit waren de hoofden van de voornaamste families. Zij hadden een leidinggevende positie in Israël.

Hogepriester
Priester die aan het hoofd stond van de priesters en de levieten. Hij was ook de voorzitter van het Sanhedrin, de Grote Raad.

Schriftgeleerden
Schriftgeleerden waren vooraanstaande leraars in de tijd van Jezus. Ze bestudeerden de Wet en waren de geestelijke leiders van het volk. Sommigen hadden leerlingen die zich onder hun leiding schoolden in de Wet. Naast de geschreven Wet, hielden ze zich ook aan de mondelinge overlevering.

Derde dag
In de bijbel doet het getal drie aan God denken. De derde dag is dan het moment (dag, periode) waarop God zich aan de mens laat kennen. Het moment waarop de mens voelt en weet: God laat mij niet in de steek.





Bij de tekst

Merk op

Jezus gebruikt zelf het woord Gezalfde / Messias / Christus niet. Het was een woord dat gemakkelijk begrepen kon worden als ‘politiek leider’, iets wat Jezus niet wilde zijn. Jezus spreekt over zichzelf wel als ‘de Mensenzoon’.





Suggesties

Kleine kinderen

DOEN

Een grote bloem

Vooraf
Knip een aantal bloembladen, die groot genoeg zodat kleine kinderen erin kunnen tekenen, en een bloemhartje uit geel papier waarin je de naam 'JEZUS' schrijft.


Verloop
De kinderen vertellen wat ze over Jezus weten. Daarna tekenen ze over Jezus in een bloemblaadje. Schik nadien al deze bladen rond het 'bloemhartje' waarin de naam Jezus staat.





EXTRA

Klik hier voor meer suggesties.





Grote kinderen

VERDIEPEN

Vloergesprek

Materiaal
flap / groot papier met daarop de vraag: Wie is Jezus voor jou?


Verloop
Leg de flap met de vraag op de grond. Laat de kinderen een paar minuten nadenken over hun antwoord op die vraag. Daarna noteren ze in stilte hun antwoord op de flap. Nadien mogen ze hun antwoord toelichten.

Lees dan het evangelie voor.

Sta stil bij het merkwaardig antwoord van Petrus op diezelfde vraag en de betekenis van het woord Messias.
Het is niet onbelangrijk bij dit woord stil te staan, omdat het vaak in de evangelies terug komt én omdat het in zijn Griekse vertaling (nl Christus) zo gekoppeld is aan Jezus, dat veel kinderen (en ook volwassenen) foutief denken dat Christus de familienaam van Jezus is. Vermeld zeker dat de titel Messias (Christus) iets duidelijk maakt over de nauwe relatie tussen Jezus en God.





EXTRA

Klik hier voor nog meer suggesties.





Overweging

Agnes Lameire

Wie is Jezus voor jou? (2018)

Wie zeggen de mensen dat ik ben? Wat werd er in die tijd over Jezus verteld in zijn thuisbasis Galilea ?
Sommigen herkennen in Hem Johannes de Doper, de ruige prediker bij de Jordaan. Nog niet zolang geleden had Herodes hem in de gevangenis laten onthoofden. Zou hij uit de dood zijn weergekeerd?
Anderen vragen zich af of die Jezus van Nazaret de profeet Elia was? Die was, eeuwen geleden in een vlammende wagen ten hemel gevaren en in de volksmond heette het dat hij ooit zou terugkeren om de eindtijd in te luiden... Tot op onze dagen staat bij orthodoxe joden bij het jaarlijkse paasmaal voor Elia een lege stoel thuis mee aan tafel.

Of is Jezus een van de profeten? - waarmee bedoeld wordt: een van de oude, bekende profeten als Jeremia, Jesaja of Ezechiël? In de laatste vijf eeuwen was in Israël geen enkele profeet meer opgedoken. De profetentijd leek definitief afgesloten, dus, wie weet?

Maar gij, wie zegt gij dat ik ben vraagt Jezus aan de twaalf. Petrus hakt de knoop door: 'Gij zijt de Christus' zegt de tekst die voorgelezen werd. Anderen vertalingen zeggen: 'Gij zijt de Messias'.
Christus voor de christenen of Messias voor de joden, beide woorden betekenen hetzelfde: de gezalfde. In het oude Israël werd verlangend naar Hem uitgekeken want Hij zou het volk redden uit de vernederende positie waarin het onder de Romeinse overheersing was terechtgekomen.
De Messias was degene die komen zou, die het land zijn oude glans zou teruggeven, die het koninkrijk zou herstellen.

Was dat het wat Petrus bedoelde? Of horen we hier al de stem van de Petrus die de beweging rond de verrezen Jezus in gang zou zetten?

In elk geval nam Jezus zijn belijdenis niet in dank aan. Dacht de apostel enkel aan de glorierijke kant die zijn woorden inhielden?
Hij heeft inderdaad geen weet van wat zijn meester zal moeten lijden. Maar later zal Petrus in Rome dezelfde weg naar het kruis gaan...

De eerste christenen noemden Jezus: Heer, Lam Gods, Zoon van de Vader, het Lam dat wegneemt de zonden van de wereld, de Allerhoogste Jezus Christus. Eretitels die we nog altijd zingen in het Gloria. Straks herhalen we in de geloofsbelijdenis de oude formules van de jonge Kerk: ik geloof in Jezus Christus, onze Heer, ontvangen van de Heilige Geest, geboren uit de maagd Maria. Die geleden heeft onder Pontius Pilatus, gekruisigd is, gestorven, begraven en op de derde dag verrezen uit de doden.
We kennen die woorden van buiten, maar wat betekent Jezus in jouw leven, in dat van mij?

Een recente enquête gaf de volgende antwoorden:
Hij was de zoon van de timmerman van Nazaret.
Hij is de tweede persoon van de Heilige Drievuldigheid.
Hij was een mens als geen ander.
Hij was een leraar met gezag.
Hij vond mensen belangrijker dan wetten.
Hij was een wonderdoener.
Hij trok zich het lot aan van armen, zieken en gehandicapten ...

Het zijn allemaal wel goede antwoorden maar daar gaat het vandaag in het evangelie niet om. Het gaat er om dat Jezus aan elk van ons de vraag stelt:
Wie zegt GIJ dat ik ben?
Wie ben ik voor JOU?
Wat beteken ik in JOUW leven?
Dat is geen simpele vraag waar je in 1 - 2 - 3 kunt op antwoorden.
Ons antwoord bepaalt immers meteen onze levenswijze ...

Wie is Hij voor jou?