Loading...
 

TESSALONICA

TESSALONICA


…page…

Eerste kennismaking

Waar?

Waar
© Google maps – Bewerking: Dirk Vanderhallen

Tessalonica lag in Noorden van Griekenland, aan de Golf van Tessaloniki (Egeïsche zee).



Over de naam

De stad werd rond 315 voor Christus gesticht door de Macedonische koning Kassandros, die haar noemde naar zijn vrouw Tessalonikè, een halfzus van Alexander de Grote. De naam Tessalonikè bestaat uit twee woorden: 'nikè = overwinning' en 'Thessalië = een streek in Griekenland'. Haar vader Filippus II van Macedonië had haar die naam gegeven na een overwinning in Thessalië.

De huidige stad wordt Thessaloniki genoemd.



Meer over Tessalonica

In 168 voor Christus werd Tessalonica de hoofdstad van de Romeinse provincie Macedonië (Noord Griekenland).
De stad dankte haar welvaart door haar ligging aan de via Egnatia, de belangrijkste verbindingsweg door de Balkan. Deze belangrijke handelsweg die de Romeinen aanlegden, werd genoemd naar Gaius Egnatius, de proconsul van Macedonië, die er de opdrachtgever van was. De weg verbond de oostkust van de Adriatische Zee met Byzantium (Istanbul / Constantinopel).



Paulus en Tessalonica

Toen Paulus rond 50 na Christus in Tessalonica kwam, behoorde de stad tot het Romeinse Rijk. Deze belangrijke handelsstad, was toen de hoofdstad van de Romeinse provincie Macedonië en telde 300 000 inwoners. Daar zetelde de Romeinse proconsul voor dat deel van Macedonië.
In Tessalonica woonden veel joden, die er een synagoge hadden. Ze reageerden nogal vijandig op het optreden van Paulus, zodat hij uit de stad moest vluchten.
De groep christenen uit Tessalonica was de eerste christelijke gemeenschap in Europa. Tussen hen en Paulus bestond een warme hartelijke relatie, die men tussen de regels kan lezen in de eerste brief van Paulus aan de Tessalonicenzen.




Actuele situatie

Behalve de ruïnes van de agora en het theater, is er bijna niets meer van het Tessalonica uit de oudheid te zien, omdat de huidige stad (Tessaloniki / Saloniki) bovenop de oude stad gebouwd werd.





Wetenswaardigheden

De brieven van Paulus aan de christenen van Tessalonica

De eerste brief

Men vermoedt dat Paulus die brief schreef te Korinte rond 50-51 na Christus. Als dit klopt, is deze brief het oudste geschrift van het Nieuwe Testament.

In die brief dankt Paulus de Tessalonicenzen en prijst hen om hun geloof.
Daarna gaat hij in op de vraag: wat is het lot van de gelovigen die gestorven zijn?
Hij roept op tot waakzaamheid omdat de komst van de Heer onverwachts kan zijn.



De tweede brief

Er zijn twee theorieën over wie de schrijver van deze brief is.
.
Paulus zelf, die deze brief aan het eind van zijn leven schreef. In zijn eerste brief schreef hij dat Christus spoedig zal komen, maar dat zorgde voor zo veel onrust dat vele christenen hun werk begonnen te verwaarlozen. Daarom riep Paulus in zijn tweede brief op tot rust en kalmte en spoorde hun aan om hun taken weer op te nemen. Hij wees er ook op dat, vooraleer Christus komt, er eerst nog een moeilijke tijd aanbreekt.

.
Iemand anders dan Paulus, want er is immers in die tweede brief niets meer te vinden van de warme hartelijke relatie tussen hem en de christenen van Tessalonica.
Misschien werd die tweede brief geschreven op het einde van de eerste eeuw toen de komst van Jezus (parousie) die uitbleef, een probleem geworden was. Deze 'brief' lijkt een traktaat te zijn die de problemen wil verzachten, die ontstonden bij het uitblijven van de parousie (de terugkomst van Christus) en legt de nadruk op de tekenen die aan zijn terugkomst voorafgaan.






Tessalonica in de Bijbel

Nieuwe Testament

. Handelingen 17, 1-14: Paulus in Tessalonica en Berea
. Brief van Paulus aan de christenen van Tessalonica