Loading...
 

POTTENBAKKER

Pottenbakker

Wie?

Een pottenbakker bewerkt klei: hij kneedt die, zodat alle luchtbellen uit de klei verwijderd worden. Zo vermijdt hij dat luchtbellen bij het bakken de klei doen ontploffen. Daarna bakt hij het geboetseerde voorwerp in een oven zodat het zo hard wordt als steen. Al 20.000 tot 30.000 jaar wordt klei gebakken (aanvankelijk: beeldjes, bakstenen). Het bakken van potten, bekers, schalen begon bij de overgang naar een samenleving waar aan landbouw werd gedaan (sedentaire samenleving).

Klik hier om een hedendaagse pottenbakker aan het werk te zien.
Wanneer het voorwerp droog is, wordt het voor de eerste keer gebakken op ongeveer 900 °C Daarna wordt het gladgeschuurd, geglazuurd en voor de een tweede keer gebakken worden op een hogere temperatuur. Het glazuren van de klei werd in Israël / Palestina pas toegepast in de Griekse en Romeinse tijd.



Werktuigen / Materiaal

Pottenbakkersschijf
Om een pot te bakken legden pottenbakkers eerst een stuk klei op een ronde schijf en vormden ze die klei terwijl ze met hun handen of voeten aan de schijf draaiden. Tot op vandaag werken pottenbakkers op die manier, met dat verschil dat de schijf elektrisch aangedreven wordt.

Klei
De grondstof voor pottenbakken is klei, die te vinden is langs de zeekust of rivieren. Pottenbakkers gebruiken verschillende soorten klei, afhankelijk van wat ze als eindresultaat wensen
. De grootte of de bruikbaarheid van het werk
. De kleur van de klei (wit bakkend, rood bakkend, zwart bakkend …)
. De textuur die het voorwerp moet krijgen.





Bijbel

Oude Testament

Genesis 2, 7-9; 3, 1-7a
“Toen nam God wat kleiaarde en boetseerde de mens Dan blies Hij levensadem in zijn neus. Zo werd de mens een levend wezen.”
Lees meer

Om over God te spreken, gebruikt de schrijver van deze tekst het beeld van een pottenbakker die klei bewerkt om er alle levende wezens mee te maken. Niet-bijbelse verhalen gebruiken soms ook dit beeld als ze spreken over schepping.



Genesis 2, 18-24
“God zei: ‘Het is niet goed dat de mens alleen blijft. Ik ga iemand maken die bij hem past.’ En God boetseerde uit aarde alle dieren op het land en alle vogels van de lucht. Hij bracht die bij de mens. De mens gaf er namen aan. Maar iemand die bij hem paste vond hij niet.”
Lees meer

De schepping van de dieren verschilt met die van de mens: de dieren zijn van aarde, Adam van kleiaarde. Bij de dieren wordt niets gezegd over de goddelijke levensadem.



Jesaja 63, 16b-17.19b; 64, 3b-8: God, onze Vader
“En toch, Heer, Jij bent onze vader. Wij zijn de klei, Jij bent de boetseerder, wij zijn het werk van je hand.”
Lees meer

God vergeleek de controle die Hij heeft over het volk met die van een pottenbakker over klei.
Dat is niet nieuw: ook in het Oude testament gebruikte men vaak beelden er iets mee te verduidelijken. 'Wij zijn de klei en God is onze pottenbakker' (Jesaja 64, 8) Dit spreken met beelden (metaforen) laat toe op een eenvoudige manier heel veel dingen tegelijk te zeggen.



Jezus Sirach 27, 4-7
“Zoals het vaatwerk van de pottenbakker in de oven wordt getest,
zo kan men een mens toetsen aan zijn uitspraken.”

Lees meer

Het woord van mensen is wat de oven is voor het werk van de pottenbakker. Woorden maken de zuiverheid van de mens, zijn sterkte en zijn kwaliteiten duidelijk.



Jeremia 18, 1-6
“God zei tegen Jeremia: `Ga naar het huis van de pottenbakker. Daar laat Ik je horen wat Ik te zeggen heb.' Ik ging naar het huis van de pottenbakker. Die was juist aan het werk op de draaischijf. Toen de pot die hij aan het boetseren was onder zijn handen mislukte, begon hij met de klei een andere pot te maken, die hem wel beviel. Daarop zei God tegen mij: ‘Huis van Israël, Ik kan met jullie net hetzelfde doen als deze pottenbakker. Jullie zijn in mijn hand, als klei in de handen van de pottenbakker.’”
Lees meer

God is voor Jeremia als een pottenbakker. Zoals een pottenbakker met klei werkt, zo werkt God met mensen. Soms moet Hij halfweg opnieuw beginnen. Soms lijkt een werkstuk klaar, maar kan Hij het niet gebruiken. Dan gaat de droom van God in scherven. God wil graag iets moois maken, maar de mensen moeten wel meewerken als soepele, kneedbare klei. Als ze star en stijf hun eigen weg gaan en zich niet willen laten vormen, wordt het moeilijk voor God om er iets moois van te maken.





Suggestie

KLEIEN

Klik hier